‘Teak of ‘kerateak’ is de benaming voor sieraardewerk dat in de jaren 50 en 60 werd voorzien van een imitatie houtdecor.
Het houtdecor met nerf werd op de afgebakken glazuurlaag geschilderd, had een matte finish en deed denken aan de in die tijd populaire houtsoorten als teak en palissander. De serie sieraardewerk die begin jaren 60 door de glas- en aardewerk groothandel Couzijn & Pool op de markt werd gebracht kreeg de naam ‘Teak’ en werd gemaakt bij het bedrijf van Daan Aalten in Zeist. Zie hiervoor de overzichten van de vazen en schotels in het menu. Ook een bedrijf als l’Ancora had series aardewerk met namen als ‘Palissander’ en ‘Kerateak’ in de collectie.
Er zijn 2 advertenties uit 1961 en 1962 in het vakblad Gemengde Branche gevonden waarin de Teak serie worden getoond. In een bericht in het hetzelfde blad (1961) over Couzijn & Pool op de Utrechtse Jaarbeurs wordt gesproken over een nieuwe serie Teak. Hieruit blijkt dat Teak in 1960 voor het eerst op de markt kwam.
Couzijn & Pool verkocht naar alle waarschijnlijkheid ook het door Aalten gemaakte wit geglazuurde sieraardewerk met decoraties van meisjeskopjes zonder de imitatie houtstructuur. Zie hiervoor de categorieën ‘Vazen zonder Teak’ en ‘Schotels zonder Teak’. Hoe groot de productie van dit soort aardewerk precies was, is niet bekend.
Van Teak zijn nu toe zijn er meer dan 200 verschillende afbeeldingen bekend.
Daniël (Daan) Aalten werd in 1916 in Zeist geboren. Voordat hij zich al pottenbakker vestigde was hij slager, wisselloper en kunstschilder. Hij was getrouwd met Johanna Jacoba Altemühl (Enschede 1919) en had 2 kinderen, zoon Aalt Bernard (1939) en dochter Hendrika (1940). In 1951 richtte hij in Zeist een aardewerkfabriek op. Dit was een voortzetting van de Amsterdamse fabriek ‘De Amstel’ (1949-1951), een bedrijfje dat in 1949 was ontstaan uit de overname van aardewerkfabriek ‘De Vink’ dat zijn oorsprong had in Bunnik (ca 1945-1946) en Utrecht (1947).
Het bedrijf was van 1951 tot 1964 gevestigd aan de Krugerlaan 11 in Zeist. Vanaf 1964 onder de handelsnaam Aardewerkfabriek Inca. Daarna verhuisde het naar de Havenstraat 14 in Vroomshoop (gemeente Den Ham) in Overijssel. Op dit adres was de door Aalten overgenomen ‘Kunstaardewerkfabriek gebr. Hamer’ gevestigd. In 1968 werd ‘Inca’ ondergebracht in de firma ‘Aardewerkfabrieken D. Aalten en Zonen’ en werd het een vennootschap met H.J. Hop en zoon Aalt Bernard Aalten (1939).
Daniël stichtte eerder met P. Hoogerwaard de ‘Kunstaardewerkfabriek HAWECO’ (met daarin opgenomen van Tricht en co) en bracht ook dit bedrijf onder in de bovengenoemde vennootschap. Dit bedrijf was gevestigd aan de de la Reylaan 37 in Zeist. In 1978 trad Daniël uit als vennoot. Het bedrijf werd voortgezet door zijn zoon Aalt Bernard en H.J Hop. De vestiging aan de de la Reylaan werd opgeheven en een productie eenheid aan de Krugerlaan in Zeist werd gehandhaafd.
(Informatie uit Gemeentearchief Zeist, Het Utrechts Archief en Made in Holland : gebruikskeramiek 1945-1988 van M.R. Bogaers, 1988)
Voor meer informatie over het bedrijf, productieprocessen en wie er werkten, zie de post over Joop Oosterwijk, vazendraaier bij Aalten)
De dames werden geheel of alleen met hoofd afgebeeld in modellenpose, met modieuze kapsels en kleding, voorzien van accessoires als paraplu’s, soms staand bij een lantaarnpaal. De afbeeldingen werden handmatig ingekrast en voorzien van kleuraccenten in de kleding en schoenen. Gezichten werden niet altijd ingetekend, maar wel vaak voorzien van een stel enorme wimpers.
De meest voorkomende variant is de naar links kijkende dame, de blik naar rechts werd duidelijk minder vaak toegepast.
De Inca-serie
Een andere serie die bij Aalten in de jaren 60 werd gemaakt werd Inca genoemd, waarschijnlijk naar de oorspronkelijke bedrijfsnaam. Hieronder een aantal voorbeelden uit de Inca reeks. Het eerste twee bordjes zijn uit de eigen collectie. De andere objecten zijn van medeverzamelaar Arlette Schuurman.
© 2014-2024 Teksten en afbeeldingen: kekkekeramiek.nl